Johannes Calvijn over bidden

Beschrijving

Dit boekje bevat één hoofdstuk uit mijn vertaling van de Institutie van Johannes Calvijn. Het is het twintigste hoofdstuk uit het derde boek. Het eerste boek ging over wie God is en hoe Hij ons geschapen heeft en het tweede boek ging over wie Christus is en wat Hij gedaan heeft om ons te redden. Het derde boek vertelt vervolgens hoe wij deel krijgen aan dat reddingswerk en welke gevolgen dat voor ons heeft. Hij behandelt dan zaken als geloof en bekering, rechtvaardiging en heiliging. Allemaal dingen die Gods Geest in ons werkt, dankzij het werk van Christus. En vervolgens gaat Calvijn het dan in het langste hoofdstuk van de hele Institutie hebben over bidden. Want dat is, zo zegt Calvijn, de manier waarop wij de schatten uitgraven die het evangelie ons aanwijst. Al die dingen die God ons wil geven in Christus en door de Geest, krijgen we door erom te bidden.

Maar dan moet je wel weten wat bidden eigenlijk is en hoe je zo kunt bidden dat God je gebed ook verhoort.

Daarom legt Calvijn eerst uit wat bidden is: vertrouwelijk spreken met God. Vervolgens geeft hij vier criteria voor een goede gebedshouding: je moet al je aandacht richten op God, je moet echt willen hebben waar je om vraagt, je moet nederig zijn en je moet er vast op vertrouwen dat God naar je luistert. Daarna behandelt Calvijn het Onze Vader, als hét voorbeeld van een goed gebed dat God graag verhoort. En tot slot geeft hij praktische aanwijzingen om het bidden geduldig vol te houden, ook als verhoring lijkt uit te blijven.

Calvijn stelt hoge eisen aan goed gebed. Zo stelt hij bijvoorbeeld dat je niet alles aan God mag vragen, maar alleen dingen waarvan God zelf bevolen heeft dat erom vragen. Toch wil hij niet te streng zijn. Ook in dit hoofdstuk laat Calvijn zich van zijn pastorale kant zien. Ons bidden is nooit volmaakt, zegt Calvijn. Maar dat hoeft ook niet. Want onze gebeden worden niet verhoort omdat wij zo goed bidden en omdat wij het waard zijn om verhoord te worden. Nee, dat onze gebeden verhoord worden, is altijd dankzij Christus. Dankzij Hem mogen we vrijmoedig bidden in de zekerheid dat we verhoord worden, hoeveel er ook aan ons en aan ons bidden mankeert en hoe weinig we er soms ook van lijken te merken dat God onze gebeden verhoort.