4.17.39 – Het avondmaal kan niet zonder het Woord
'Voor elk nut dat het avondmaal ons oplevert, is het Woord onmisbaar. Of we nu in ons geloof versterkt, in onze belijdenis getraind of tot onze plicht aangespoord worden, er is prediking nodig.'
4.17.19 – Christus’ hemelse glorie en zijn menselijke natuur
'We mogen Christus niet vastmaken aan het brood of op een of andere manier begrenzen. Want dat doet tekort aan zijn hemelse glorie. Ook mogen we niets afdoen van zijn ruimtelijke afmetingen of Hem uit elkaar scheuren, zodat Hij op meerdere plekken tegelijk is. Want dat is in strijd met zijn echte menselijke natuur.'
4.17.35 – Avondmaalsbrood mag niet aanbeden worden
'Welk verstandig en nuchter mens zou zichzelf kunnen wijsmaken dat Christus' lichaam Christus is?'
4.17.18 – Christus is aanwezig door de kracht van de Geest
'Christus is altijd dicht bij de de zijnen, blaast hun zijn leven in, leeft in hen, houdt hen overeind, versterkt hen, laat hen groeien, bewaart hen veilig, net alsof Hij met zijn lichaam aanwezig is.'
4.17.22 – Het woordje ‘is’
'Niets verhindert mij om Christus te geloven als Hij spreekt en erin te berusten zodra Hij zus of zo bekend maakt. Het gaat er alleen om of het toegestaan is om uit te zoeken wat de werkelijke bedoeling van zijn woorden is.'
4.17.48 – Wijn is niet alleen voor de priesters
'Weliswaar gaf Christus het avondmaal aan twaalf personen. Maar Hij gebood hun wel dat zij ook zo moesten doen: dat ze het onder elkaar moesten uitdelen.'
4.17.46 – Eén maal per jaar avondmaal vieren is te weinig
'De gewoonte die beveelt dat we één keer per jaar deelnemen aan het avondmaal, is natuurlijk echt een uitvinding van de duivel.'
4.17.43 – Hoe het avondmaal gevierd moet worden
'Het avondmaal zou het meest gepast bediend kunnen worden als heet heel vaak en minstens eenmaal per week aan de kerk gepresenteerd wordt.'
4.17.44 – Vaak avondmaal vieren
'Het avondmaal is bedoeld om vaak gebruikt te worden door alle christenen.'
4.17.28 – Augustinus over Christus’ aanwezigheid op aarde
'Christus is God eniggeboren Zoon en ook een mensenzoon. Als God is Hij overal volledig aanwezig. Hij woont als God in Gods tempel - de kerk. En Hij bevindt zich op een bepaalde plek in de hemel, omdat dat de natuur is van zijn echte lichaam.'
