4.17.21 – Figuurlijke interpretatie
'Christus' lichaam wordt brood genoemd, omdat het een symbool is waardoor de Heer ons zijn lichaam echt aanbiedt om te eten.'
4.17.22 – Het woordje ‘is’
'Niets verhindert mij om Christus te geloven als Hij spreekt en erin te berusten zodra Hij zus of zo bekend maakt. Het gaat er alleen om of het toegestaan is om uit te zoeken wat de werkelijke bedoeling van zijn woorden is.'
4.17.23 – Letterlijke interpretatie
'Welke monsterlijke absurditeiten kunnen fanatici niet uit de Schrift halen als we hun toestaan elk afzonderlijk leesteken aan het halen om hun bewegingen te staven!'
4.17.24 – Geen onderwerping aan menselijke logica
'De toestand van vlees houdt in dat het zich op één plek bevindt en zijn eigen omvang en zichtbare vorm heeft. Christus heeft vlees aangetrokken in die toestand.'
4.17.25 – Gods Woord moet geïnterpreteerd worden
'Ik probeer in de Schrift, even gehoorzaam als zorgvuldig, een gezond inzicht te k rijgen. Ik grijp niet het eerste idee beet dat in mij opkomt. Nee, ik denk goed na en neem dan de betekenis aan die Gods Geest mij ingeeft.'
4.17.26 – Christus’ lichaam is niet op aarde, maar in de hemel
'Christus' lichaam na de opstanding is begrensd en is tot aan de laatste dag in de hemel.'
4.17.27 – De betekenis van Christus’ hemelvaart
'Dat Christus omhoog gevoerd werd, de lucht in, en dat er een wolk onder hem kwam, leert ons dat we Hem niet meer op aarde moeten zoeken.'
4.17.28 – Augustinus over Christus’ aanwezigheid op aarde
'Christus is God eniggeboren Zoon en ook een mensenzoon. Als God is Hij overal volledig aanwezig. Hij woont als God in Gods tempel - de kerk. En Hij bevindt zich op een bepaalde plek in de hemel, omdat dat de natuur is van zijn echte lichaam.'
4.17.29 – Christus heeft een echt menselijk lichaam
'De Heer zelf wil niet alleen onze ogen, maar al onze zintuigen wegleiden van de aarde. Hij wil niet dat we Hem ergens anders zoeken dan in de hemel.'
4.17.30 – Christus’ lichaam is niet alomtegenwoordig
'Christus' lichaam is net zo begrensd als elk menselijk lichaam. Bovendien heeft Christus door zijn hemelvaart laten blijken dat Hij niet overal tegelijk is, maar dat Hij, als Hij ergens heen gaat, ergens anders weggaat.'
