4.17.46 – Eén maal per jaar avondmaal vieren is te weinig
'De gewoonte die beveelt dat we één keer per jaar deelnemen aan het avondmaal, is natuurlijk echt een uitvinding van de duivel.'
4.17.5 – Eten en drinken uit geloof
'In het avondmaal eten we gelovig Christus' vlees. Want door geloof wordt Hij van ons. Eten is dus een vrucht en effect van geloof.'
4.17.39 – Het avondmaal kan niet zonder het Woord
'Voor elk nut dat het avondmaal ons oplevert, is het Woord onmisbaar. Of we nu in ons geloof versterkt, in onze belijdenis getraind of tot onze plicht aangespoord worden, er is prediking nodig.'
4.17.43 – Hoe het avondmaal gevierd moet worden
'Het avondmaal zou het meest gepast bediend kunnen worden als heet heel vaak en minstens eenmaal per week aan de kerk gepresenteerd wordt.'
4.17.19 – Christus’ hemelse glorie en zijn menselijke natuur
'We mogen Christus niet vastmaken aan het brood of op een of andere manier begrenzen. Want dat doet tekort aan zijn hemelse glorie. Ook mogen we niets afdoen van zijn ruimtelijke afmetingen of Hem uit elkaar scheuren, zodat Hij op meerdere plekken tegelijk is. Want dat is in strijd met zijn echte menselijke natuur.'
4.17.18 – Christus is aanwezig door de kracht van de Geest
'Christus is altijd dicht bij de de zijnen, blaast hun zijn leven in, leeft in hen, houdt hen overeind, versterkt hen, laat hen groeien, bewaart hen veilig, net alsof Hij met zijn lichaam aanwezig is.'
4.17.49 – De kerkvaders over zowel brood als wijn
'De gewoonte dat het volk zowel brood als wijn kreeg, sleet pas uit toen er geen druppel gaafheid meer in de kerk over was.'
4.17.31 – Christus komt niet naar beneden, maar haalt ons naar boven
'Het avondmaal is een hemels mysterie. Daarom is het niet nodig om Christus naar de aarde te halen om ons één met Hem te laten worden.'
4.17.15 – Weerlegging van argumenten voor transsubstantiatie
'Het brood is alleen een sacrament voor mensen tot wie het Woord gericht wordt. Net zoals het water van de doop op zichzelf niet verandert, maar voor ons iets wordt dat het eerder niet was, zodra de belofte ermee verbonden wordt.'
4.17.20 – De instelling van het avondmaal
'Wat Christus in handen neemt en aan de apostelen geeft, daarvan zegt Hij dat het zijn lichaam is. Maar Hij had brood gepakt. Dus wie zou dan niet begrijpen dat wat Hij hun liet zien, nog steeds brood was?'
