1.8.1 – Dat de Schrift van God komt, blijkt uit de Schrift zelf
'Menselijke geschriften kunnen nog zo meesterlijk gepolijst zijn - niet een is er in staat ons net zo aan te grijpen als de Schrift dat kan.'
1.8.2 – Soms gebruikt de Schrift een mooie stijl en soms juist niet
'De Heilige Schrift staat vol met uitspraken die niet door mensen bedacht kunnen zijn.'
1.8.3 – De Schrift is ouder dan elk ander religieus geschrift
'Mozes verzint geen nieuwe God. Hij vertelt alleen wat de Israëlieten tijdens een lange periode over de eeuwige God van mond tot mond overgeleverd hadden gekregen van hun voorvaders.'
1.8.4 – Mozes zegt niet wat hem zelf goed uitkomt, maar wat de Geest hem opdraagt
'Je kunt Mozes volledig vertrouwen. Hij treedt op alsof hij een engel van God uit de hemel is.'
1.8.5 – Het gezag van Mozes werd bevestigd door wonderen
'Moeten we soms geloven dat Mozes zich erop beriep dat zijn leer bevestigd werd door wonderen, terwijl de Israëlieten die wonderen nooit gezien hadden?'
1.8.6 – De wonderen van Mozes waren echt
'Mozes roept uit dat hij en zijn broer Aäron er niet toe doen, maar dat ze slechts uitvoeren wat God heeft opgedragen.'
1.8.7 – Mozes’ voorzeggingen zijn uitgekomen
'Mozes' voorspellingen zijn uitgekomen. Toont dat niet duidelijk dat hij door een goddelijke ingeving gesproken heeft?'
1.8.8 – De voorzeggingen van andere profeten zijn ook uitgekomen
'Jeremia en Ezechiël woonden ver bij elkaar vandaan, maar het lijkt wel alsof ze elkaar hun woorden hebben gedicteerd.'
1.8.9 – De wet is altijd wonderlijk bewaard
'Stel dat iemand in twijfel trekt op Plato wel ooit bestaan heeft, of Aristoteles, of Cicero. Wie zou dan niet zeggen dat dergelijke onzin met een pak slaag bestraft moet worden?'
1.8.10 – De wet en de profeten hebben allerlei moeilijkheden overleefd
'Om de leer van het behoud, die in de wet en de profeten verteld wordt, voor ons te bewaren, heeft God juist Christus' grootste vijanden gebruikt.'
