Het Praeludium & Fuga in c (BWV 546) van Johann Sebastian Bach, gespeeld op het orgel van de Grote of Sint-Michaëlskerk in Zwolle (via Hauptwerk).
Het Praeludium kent een pompeuze opening, die aan het eind weer terugkomt als afsluiting. Tussendoor komen fragmenten van de opening terug als onderbreking van de snelle triolen die dit stuk domineren. Verder kent dit stuk heel wat schrille dissonanten en chromatische lijnen.
De Fuga heeft twee thema’s. Het eerste thema is een statig thema halve en kwartnoten met grote intervallen. Na een duidelijke afsluiting, begint er eigenlijk een nieuwe fuga over het tweede thema. Dit thema is beweeglijker, maar ook korter en eenvoudiger. Na een tijdje loopt deze tweede fuga naadloos over een in een derde fuga, waarin beide thema’s gecombineerd worden.
Registratie:
Hoofdwerk: Octaav 8′, Roerfluit 8′, Octaav 4′, Superoctaav 2′, Cymbel
Rugwerk: Praestant 8′, Roerfluit 8′ Octaav 4′, Superoctaav 2′, Fagot 16′, Schalmeij 8′
Bovenpositief: Praestant 8′, Octaav 4′, Quinta 3′, Superoctaav 2′, Scherp
Pedaal: Praestant 16′, Octaav 8′, Superoctaav 4′, Basuin 16′
Hoofdwerk+Rugwerk, Hoofdwerk+Bovenpositief, Pedaal+Hoofdwerk