Het Kleines harmonisches Labyrinth (BWV 591) van Johann Sebastian Bach, gespeeld op het orgel van de Grote of Sint-Michaëlskerk in Zwolle (via Hauptwerk).
Dit is een nogal curieus stuk. Het vormt als het ware een doolhof waarin je dwaalt langs allerlei vreemde harmonische wendingen. Het bestaat uit drie delen: Introitus, Centrum en Exitus, oftewel: ingang, midden en uitgang.
Of dit stuk wel van Bach is, wordt betwijfeld. Soms wordt zijn tijdgenoot Johann David Heinichen (1683-1723) als auteur genoemd, met als enige reden dat die meer van dit soort stukken geschreven heeft.
Registratie:
Hoofdwerk: Octaav 8′, Roerfluit 8′, Octaav 4′, Superoctaav 2′
Rugwerk: Schalmeij 8′
Bovenpositief: Holpijp 8′, Holpijp 4′
Borstwerk: Fluitgedekt 8′, Roerfluit 4′
Pedaal: Subbas 16′
Bovenpositief+Borstwerk, Pedaal+Hoofdwerk