De koraalbewerking over Jesu, meine Freude (BWV 610) van Johann Sebastian Bach, gespeeld op het orgel van de Grote of Sint-Michaëlskerk in Zwolle (via Hauptwerk).
Jesu, meine Freude,
Meines Herzens Weide,
Jesu, meine Zier,
Ach wie lang, ach lange
Ist dem Herzen bange
Und verlangt nach dir!
Gottes Lamm, mein Bräutigam,
Außer dir soll mir auf Erden
Nichts sonst Liebers werden.
Dit lied staat niet bepaald bekend als kerstlied, maar toch plaatste Bach het in zijn Orgel-Büchlein tussen de kerstliederen. Ook dit is een vierstemmige bewerking met de melodie in het pedaal. Gezien de titel van het lied en het notenbeeld met een doorgaande zestienden-beweging je in verleiding kunnen komen om te kiezen voor een uitbundige registratie en dito tempo. Maar dat is niet Bachs bedoeling. Integendeel, zijn tempo-aanduiding luidt Largo, breed, traag. Het steeds herhaalde motief in het pedaal krijgt zo alle ruimte om een verlangend smachten te laten horen.
Registratie:
Bovenpositief: Viola 8′
Pedaal: Subbas 16′, Holpijp 8′
