De koraalbewerking over Ich hab mein Sach Gott heimgestellt (BWV 707) van Johann Sebastian Bach, gespeeld op het orgel van de Grote of Sint-Michaëlskerk in Zwolle (via Hauptwerk).
Ich hab mein Sach Gott heimgestellt,
er machs mit mir, wie’s ihm gefällt.
Soll ich allhier noch länger leben,
ohn Widerstrebn
seim Willen tu ich mich ergebn.
Of dit stuk wel echt van Bach is, wordt ernstig betwijfeld. Het is dan ook geen bijzonder knappe compositie. Elke melodieregel wordt fugatisch ingeleid, waarna de melodie in lange noten in de sopraan klinkt. Weinig spectaculairs. Toch vind ik dit altijd weer een heerlijk stuk om te spelen. Dat begint al met de titel. Wat kan Duits mooi zijn! In die ene zin zit al een wereld van emotie. En juist die wordt in dit stuk heel effectief verklankt: je heen en weer geschud voelen door de tegenslagen van het leven, maar toch rust vinden in de wetenschap dat er niets gebeurd buiten Gods wil om en je je dus veilig aan Hem kunt toevertrouwen.
Registratie:
Hoofdwerk: Octaav 8′, Octaav 4′, Nasaat 3′, Vox Humana 8′
