Mag de overheid kerkdiensten verbieden? Die vraag was in een vrij land als Nederland opeens heel even heel actueel. Immers, een dag lang leefden we in de veronderstelling dat vanwege het coronavirus tot 1 juni alle kerkdiensten verboden waren. Dat was heftig! Vooral omdat daarmee meteen ook al een streep leek te gaan door de kerkdiensten voor Goede Vrijdag, Pasen, Hemelvaart en Pinksteren.
Gelukkig bleek een dag later dat de soep zo heet nog niet gegeten wordt. Kerkdiensten mogen toch nog. Wel geldt er een maximum van 30 aanwezigen, met daarbij de dringende oproep om daar zo ver mogelijk onder te blijven. Bovendien geldt deze maatregel niet tot 1 juni, maar slechts tot 6 april. Vooralsnog gelden er dus geen beperkingen voor de komende feestdagen, al snappen we allemaal wel dat het zeer waarschijnlijk is dat de maatregelen voor die tijd nog wel verlengd of aangescherpt zullen worden.
Voor deze maatregelen kun je natuurlijk alle begrip hebben. Niemand kan ontkennen dat kerkdiensten besmettingshaarden kunnen zijn en dus lijkt het heel logisch om kerkdiensten zo veel mogelijk te beperken. Ik denk dan ook dat het wijs is dat kerken zich houden aan het dringende advies om met zo min mogelijk mensen samen te komen.
Toch vind ik het belangrijk om de vraag te stellen: mag de overheid dergelijke maatregelen dwingend aan kerken opleggen? Mag de overheid boetes uitdelen als kerken met meer dan dertig mensen samenkomen? Mag de overheid desnoods kerkdiensten helemaal verbieden?
Geloofskwestie
Het lijkt erop dat de overheid zelf met deze vragen worstelt. Dat er binnen dag een heel ander verhaal over de kerkdiensten kwam, lijkt daarop te duiden. Blijkbaar krabbelde men bij nader inzien terug. Maar waar de overheid niet wil voorschrijven hoeveel personen burgers in hun eigen huis mogen ontvangen – het bleef bij een dringend advies van drie als maximum – stelt de overheid toch een dwingende grens van dertig voor de kerken. Met de dreiging van boetes.
Persoonlijk vond ik het best vreemd dat er zelfs in die ene dag dat we allemaal dachten dat er tot 1 juni helemaal geen kerkdiensten mogelijk zouden zijn, niet meer protest kwam vanuit de kerken. Immers, we hebben in dit land toch godsdienstvrijheid? We kennen toch een scheiding van kerk en staat? In onze grondwet is toch vastgelegd dat de staat zich niet mengt in inhoudelijke besluiten die kerken zelf horen te nemen? Net zoals kerken zich niet mengen in wat tot de taak van de overheid behoort.
Maar is het dan niet de taak van de overheid om de volksgezondheid te beschermen? Zeker! Maar om kerkdiensten te beperken, moet je toch eigenlijk een afweging maken tussen aan de ene kant het gezondheidsrisico en aan de andere kant de negatieve effecten van beperkingen op kerkdiensten. Dat betekent dat je dus moet weten wat het belang van kerkdiensten is. Je kunt alleen een afweging maken als je beide kanten kunt wegen.
Maar dat kan de overheid niet. Dat is principieel onmogelijk en al helemaal als het gaat om een overheid die niet christelijk is, maar zogenaamd neutraal. Waarom? Omdat het wegen van het belang van de kerkdienst een geloofskwestie is. Een kerkdienst is niet zomaar een samenkomst zoals andere samenkomsten. Je kunt een kerkdienst niet op één lijn zetten met een sportwedstrijd, een concert, een theatervoorstelling, een hobbybeurs of een ledenvergadering van een of andere vereniging.
Een kerkdienst is de plek waar Christus als hoofd zijn lichaam vergadert, waar Hij als bruidegom zijn bruid bij zich neemt.
In een kerkdienst gebeuren dingen die je alleen kunt ervaren en begrijpen vanuit het geloof. Een kerkdienst is de plek waar God zijn volk ontmoet. Een kerkdienst is de plek waar Christus als hoofd zijn lichaam vergadert, waar Hij als bruidegom zijn bruid bij zich neemt.
Ik zie veel christenen reageren in de trant van: het gaat toch niet om de kerkdienst? Is dit nu niet een mooie kans om te leren dat we ook zonder traditionele kerkdienst kunnen? En in zulke reacties krijgt het woord ’traditioneel’ dan een nogal negatieve klank. Alsof de zondagse eredienst niet meer is dan een oude gewoonte, zonder principiële, onvervangbare, Bijbels gefundeerde waarde.
Nu geef ik toe dat we, als het moet, best een tijdje zonder kerkdiensten kunnen. Kerkleden verliezen niet meteen hun geloof en de kerk als geloofsgemeenschap stort niet meteen in als we enkele weken geen kerkdiensten beleggen. Maar tegelijk ben ik ervan overtuigd dat het op langere termijn wel degelijke grote schadelijke effecten kan hebben.
Christus en zijn bruid
Ik zal proberen dat duidelijk te maken met een vergelijking. Ik noemde hierboven al de verhouding tussen Christus en zijn kerk als bruidegom en bruid. Een gewoon huwelijk tussen een man en een vrouw moet een afspiegeling vormen van die verhouding tussen Christus en zijn kerk. De intieme eenheid tussen een man en zijn vrouw moet een afspiegeling zijn van de intieme eenheid tussen Christus en zijn kerk (Efeziërs 5:22-33).
En waar wordt die intieme eenheid tussen een man en zijn vrouw het diepst beleefd? Waar wordt die het hechtst gesmeed? Waar vind je als het ware het culminatiepunt van die eenheid? In het huwelijksbed, daar waar man en vrouw zich volledig, lichamelijk en geestelijk, bloot geven en aan elkaar toewijden. Daar worden zij in de diepste betekenis van dat woord ‘één vlees’ (Genesis 2:24).
We snappen allemaal wel dat het in een huwelijk niet alleen maar om seks draait. En als het moet, kun je in een huwelijk best een tijdje zonder. Maar dat moet niet te lang duren. Dat wist de apostel Paulus ook (1 Korinthiërs 7:5). Want een huwelijk zonder seks, krijgt het moeilijk. Dan komt de intieme eenheid onder druk te staan, omdat die onvoldoende gevoed wordt. Natuurlijk, je kunt die eenheid ook op andere manieren voeden. Dat moet ook, zelfs als je wel regelmatig met elkaar vrijt. Maar een gemis aan seksuele gemeenschap is lastig volledig op te vangen met alleen andere middelen.
In de kerkdienst zijn en worden gemeenteleden het meest één lichaam, één vlees, zoals man en vrouw in het huwelijk.
Welnu, wat seks is voor een huwelijk, dat is naar mijn overtuiging de kerkdienst voor de kerk. Daar wordt de eenheid tussen Christus en zijn gemeente het diepst beleefd en het hechtst gesmeed. En niet alleen de eenheid tussen Christus en zijn gemeente, maar ook de eenheid tussen de gemeenteleden onderling. Daar zijn en worden zij het meest één lichaam, één vlees, zoals man en vrouw in het huwelijk. En daarom mogen de onderlinge samenkomsten van de gemeente niet nalaten (Hebreeën 10:25).
Samen bidden, samen luisteren naar de verkondiging van Gods Woord, samen Gods lof bezingen, samen avondmaal vieren: dat is het culminatiepunt van het gemeenteleven. Dat vormt de basis onder alle andere activiteiten in de gemeente.
Alternatieven
Zo zou het tenminste moeten zijn. Maar te oordelen naar alle relativerende reacties die ik in de afgelopen weken gelezen heb, lijken nog maar weinig christenen dat te beseffen en te beleven. We kunnen een kerkdienst toch gewoon uitzenden en thuis kijken? Of we kunnen toch ook thuis met elkaar bidden en zingen? Dat zijn de tegenwerpingen als je benadrukt dat een echte kerkdienst toch eigenlijk onmisbaar is. Er zijn toch genoeg alternatieven?
Ja, die zijn er gelukkig inderdaad en daar mogen we dankbaar gebruik van maken. En als deze situatie ertoe leidt dat we weer meer waarde gaan hechten aan de eredienst thuis, als gezin, dan is dat grote winst.
In een digitale eredienst is geen zichtbare eenheid van hoofd en lichaam, want het lichaam ligt uiteengerukt in losse ledematen.
Maar het is allemaal niet hetzelfde als sámen, met de hele gemeente, een eredienst houden. Een eredienst thuis kan dat niet vervangen. Ook het thuis kijken naar een eredienst kan dat niet en nog minder wanneer dat een eredienst is die is teruggebracht tot het absolute minimum van alleen een voorganger die preekt en een technicus die dat vastlegt op beeld en geluid. Want daar mist de essentie van de ontmoeting tussen Christus en zijn bruid. De bruid is immers niet aanwezig en gereduceerd tot een aantal toeschouwers op afstand. Er is geen zichtbare eenheid van hoofd en lichaam, want het lichaam ligt uiteengerukt in losse ledematen.
Natuurlijk kunnen en moeten we proberen dit probleem zoveel mogelijk te ondervangen. Een kerkdienst is meer dan de preek. De preek is volgens mij wel het hoogtepunt van de eredienst, maar ook andere elementen zijn essentieel. En met iets meer mensen dan alleen een predikant moet het mogelijk zijn om ook in een digitale kerkdienst iets te laten meekomen van de ervaring van het sámen gemeente zijn. Vooral het samen zingen is daar geschikt voor. Een organist en een zichtbaar groepje zangers lijken mij daarom ook tot het minimum te behoren voor een kerkdienstuitzending. Dan kunnen de luisteraars thuis ook echt actief meezingen in het besef dat verspreid over al die huizen de andere leden van gemeente ook meezingen. En dan kun je nog steeds ruim onder het maximum van dertig aanwezigen blijven.
Gezondheidsrisico’s
Maar als je een groot kerkgebouw hebt, waar de mensen gemakkelijk ver bij elkaar vandaan kunnen zitten en waar je effectief kunt regelen dat ze ook bij het in- en uitgaan niet te dicht bij elkaar in de buurt komen – waarom zou je dan niet met dertig mensen, of zo mogelijk zelfs meer, bij elkaar komen? Het risico is dan niet groter dan bij het doen van de dagelijkse boodschappen, waar mensen voortdurend in beweging zijn en van alles aanraken. En zelfs als het risico wel groter zou zijn, is het geestelijk welzijn niet belangrijker dan ons lichamelijke welzijn? Is geestelijke dood niet gevaarlijker dan lichamelijke dood?
Gezien de reacties vraag ik me af hoeveel christenen dat eigenlijk nog beseffen. Ik heb het zelf ervaren: als je op sociale media maar even suggereert dat kerkdiensten misschien toch door zouden moeten gaan, kun je felle kritiek verwachten, ook van mede-christenen. En de kern is dan steeds dit: wat kan er nu belangrijker zijn dan het voorkomen van besmettingen en daarmee van sterfgevallen? Hoe kun je nu zulke risico’s nemen? Het gaat toch om naastenliefde?
Ja, ik kan me voorstellen dat ongelovigen het gezondheidsrisico het allerbelangrijkst vinden. Ik kan me voorstellen dat een zogenaamd neutrale overheid dat het belangrijkst vindt. Maar christenen zouden toch een iets andere afweging moeten maken.
Het voorkomen van besmettingen en sterfgevallen is niet het belangrijkste.
Het is op dit moment wel het meest acuut.
Het voorkomen van besmettingen en sterfgevallen is niet het belangrijkste. Het is op dit moment wel het meest acuut. En daarom is het op dit moment terecht dat kerkdiensten beperkt worden. Maar hoe langer deze crisis en deze beperkingen duren, hoe acuter ook het gemis van normale kerkdiensten wordt.
Gehoorzaamheid
Ik zou me goed voor kunnen stellen dat er een keer een moment komt dat kerken zouden moeten zeggen: nu is het niet langer verantwoord meer om geen gewone kerkdiensten te houden, nu weegt het een niet langer op tegen het ander. Wanneer dat is? Ik durf het niet te zeggen. Enkele weken kunnen we deze situatie nog wel aan. Maar maanden? Een jaar?
In elk geval is dit een afweging die de overheid niet voor de kerken kan maken. En een democratische rechtstaat zou dat moeten erkennen. Dat is godsdienstvrijheid. En dus zouden kerken er naar mijn idee alert op moeten zijn dat zij van de overheid de ruimte krijgen om zélf deze afweging te maken. En als ze die ruimte niet krijgen, moeten ze wat mij betreft protesteren. De overheid mag informatie en dringende adviezen geven. Dat is haar taak. Maar verder mag zij niet gaan. Wel in de publieke ruimte, maar niet bij de mensen thuis en niet in de kerk.
Doet ze dat toch, dan zou dat de kerken in het uiterste geval voor de vraag kunnen stellen of ze de overheid nog wel gehoorzaam mogen zijn. Zou het op een gegeven moment zo kunnen zijn dat God van ons vraagt toch kerkdiensten te houden, zelfs als de overheid het verbiedt? Dat we God dan meer gehoorzaam moeten zijn dan mensen (Handelingen 5:29)?
Zover is het nog lang niet en zal het ook zomaar niet komen. Burgerlijke ongehoorzaamheid is niet iets waar je als christen snel naar mag grijpen. En het maakt zeker uit of een overheid kerkdiensten verbiedt omdat ze het niet eens is met de inhoud van wat daar geleerd wordt, dan dat ze ze verbiedt om een reden die met de inhoud niets te maken heeft. Maar enige reflectie op deze vraag zie ik liever dan het blindelings doen wat de overheid voorschrijft.
Want het schuurt nogal: kerkdiensten worden nu zoveel mogelijk beperkt, maar de economie moet ondertussen zoveel mogelijk doordraaien. Bouwmarkten en andere niet-essentiële winkels trekken nog heel veel mensen. Ik ben het in elk geval wel eens met die dominee die zei dat we als land ver van huis zijn als je nog wel naar een kledingzaak mag, maar niet meer naar de kerk. Dan is de balans zoek. Zeker in tijden van crisis zouden kerken toch meer ruimte moeten krijgen winkeliers.
Maar laten we hopen dat dit gemis ons de waarde van de zondagse eredienst weer zo leert inzien, dat we straks met meer vreugde dan ooit onze plek daar weer innemen. Wat een feest zal dat zijn!
goed gedegen stuk Gerrit, iets voor ons allen om eens goed over na te denken.
ik heb er met niemand nog zo over gehad, maar zoiets speelde ook al enkele dagen door mijn hoofd, bedankt voor dit artikel.
Goed afgewogen stuk, bedankt daarvoor! Is het al een jaar oud? Het is nog net zo aktueel, nee zelfs aktueler, want de samenkomsten van de kerk hore bij haar identiteit en moeten dringend doorgaan.