Maar laten we deze macht van de kerk, waar we het over gehad hebben, nu eens vergelijken met de macht waarmee al meerdere eeuwen lang de geestelijke tirannen die zich onterecht bisschoppen en prelaten van de godsdienst noemen, zich aan Gods volk hebben opgedrongen. Dan blijkt dat er tussen die beide vormen van macht niet meer overeenkomsten zijn dan tussen Christus en Belial. 2 Korinthiërs 6:15 Ik ben niet van plan om hier uit te leggen hoe en op wat voor onwaardige manier zij hun tirannie hebben uitgeoefend. Ik ga alleen hun leer noemen, die ze eerst schriftelijk en tegenwoordig zelfs te vuur en te zwaard beschermen.
Zij beschouwen het als een vaststaand feit dat de kerk pas echt zichtbaar is in een algemeen concilie. Nadat ze dit principe hebben aangenomen en meteen boven twijfel hebben verheven, beweren ze daarom dat zulke concilies direct door de Heilige Geest geregeerd worden en daarom niet kunnen dwalen. En zij zelf leiden de concilies en stellen ze in. Daarom claimen ze eigenlijk voor zichzelf alles waarvan ze beweren dat het voor de concilies geldt.
Ze willen dus dat ons geloof staat en valt met hun goeddunken. Alles wat zij vaststellen als waar of onwaar, moet voor ons hart vast en zeker zijn. Dus als zij iets goedkeuren, moeten ook wij het zonder aarzeling goedkeuren. En als zij iets veroordelen, moeten ook wij het veroordelen.
Ondertussen fabriceren ze dogma’s volgens eigen willekeur, waarbij ze Gods Woord minachten, en eisen vervolgens dat wij die op deze manier geloven. Ze zeggen immers dat je geen christen bent als je niet al hun dogma’s voor vast aanneemt, zowel dogma’s over wat wel waar is als dogma’s over wat niet waar is. Misschien niet met een expliciet geloof, maar dan in elk geval wel met een impliciet geloof. Want het is aan de kerk om nieuwe geloofsartikelen vast te stellen.