4.6.12 – Rome of Antiochië

0
249

Maar laten we eens kijken naar hun argumentatie. Ze zeggen dat Petrus onder de apostelen het hoogste gezag had. Dus moet de kerk waar hij zetelde dit privilege hebben. Maar waar zetelde hij het eerst? In Antiochië, zeggen ze. Dus claimt de kerk van Antiochië terecht dit primaat. Ze erkennen dat die vroeger de eerste plaats innam. Maar, zeggen ze, toen Petrus daar vertrok, nam hij die eer mee naar Rome. Want er bestaat een brief op naam van paus Marcellus I1 aan de presbyters van Antiochië, waarin hij tegen hen zegt: ‘De stoel van Petrus was in het begin bij jullie, maar later is die op bevel van de Heer naar hier verplaatst.’2 De kerk van Antiochië was dus eerst de eerste, maar voor de stoel van Rome is zij opzij gegaan.

Maar dankzij welke goddelijke uitspraak wist die beste man dat de Heer het zo bevolen had? Want als deze zaak juridisch behandeld moet worden, moeten ze antwoord geven op de vraag of ze willen dat dit een persoonlijk, een onpersoonlijk of een gemengd privilege is. Want één van die drie moet het zijn. Als ze zeggen: persoonlijk, dan heeft de plaats er dus niets mee te maken. Maar als ze zeggen: onpersoonlijk, dan is het gebonden aan de plaats. Als het eenmaal aan een plaats gegeven is, dan wordt het niet afgepakt als de persoon sterft of vertrekt. Dus blijft over dat ze zeggen: gemengd. Maar dan doet de plaats er alleen toe als de juiste persoon daaraan verbonden is. En dan kan ik er meteen tegen inbrengen en gemakkelijk bewijzen dat Rome geen reden heeft om het primaat te claimen.

1Paus Marcellus I ( 309).

2Gratianus, Decretum II, 24,1,15.

Bestellen?

Reageren

Schrijf hier je reactie.
Vul hier alsjeblieft je naam in