Tot nog toe heb ik de rangen van dienaren behandeld die in het bestuur van de oude kerk bestonden en die daarna langzamerhand bedorven en steeds verder misvormd zijn. Nu zijn daar in de pauselijke kerk alleen de namen nog van over. Eigenlijk zijn het slechts maskers. Ik heb dit behandeld zodat een vrome lezer op basis van een vergelijking kan beoordelen wat voor kerk de roomsen hebben. Immers, zij beschuldigen ons ervan dat we scheurmakers zijn omdat wij ons van die kerk hebben afgescheiden.

Maar ik heb het nog niet gehad over het hoofd en de top van heel die rangorde: het primaat van de stoel van Rome. Op basis van die stoel proberen zij te bewijzen dat alleen bij hen de katholieke kerk is. Ik heb het daar nog niet over gehad, omdat het niet voortkomt uit een instelling van Christus en evenmin uit de praktijk van de oude kerk. Dat is wel het geval met de vorige functies. Ik heb laten zien dat die afkomstig zijn uit de oude kerk en dat ze door het bederf van de tijden volledig ontaard zijn en zelfs een totaal nieuwe vorm gekregen hebben.
Toch proberen de roomsen de wereld ervan te overtuigen dat dit de belangrijkste en haast de enige band is van kerkelijke eenheid: dat we ons hechten aan de stoel van Rome en die trouw blijven gehoorzamen. Volgens mij is dit hun belangrijkste argument als ze de kerk van ons willen afpakken en zichzelf willen toe-eigenen: ze beweren dat zij nog steeds het hoofd hebben waar de eenheid van de kerk van afhankelijk is en zonder welke de kerk onvermijdelijk scheurt en uiteenvalt. Want volgens hen is de kerk in zekere zin een verminkt en gehavend lichaam als ze niet onderworpen is aan de stoel van Rome als het hoofd. Dus als zij hun hiërarchie behandelen, is hun uitgangspunt altijd dat de paus van Rome in de plaats van Christus – het hoofd van de kerk – als diens plaatsvervanger is aangesteld over de kerk. En dat de kerk alleen goed ingericht is, als die stoel het primaat heeft boven alle andere stoelen.
Daarom moeten we ook onderzoeken hoe dat precies zit. Want we mogen niets overslaan dat te maken heeft met de juiste regering van de kerk.