4.19.23 – Christus als collega

0
318

Maar wat alle dwaasheid overtreft, is dat ze in elke orde van Christus hun collega maken.

In de eerste plaats, zeggen ze, heeft hij de taak van deurwachter vervuld toen hij de kopers en verkopers uit de tempel joeg met een gesel die Hij gemaakt had van touwtjes. Johannes 2:15; Mattheüs 21:12 Dat Hij deurwachter is, maakt Hij duidelijk als Hij zegt: ‘Ik ben de deur.’ Johannes 10:7

De taak van lector vervulde Hij toen Hij in de synagoge Jesaja las. Lucas 4:17

De taak van exorcist vervulde Hij toen Hij de tong en oren van de doofstomme met speeksel aanraakte en Hem het vermogen om te horen teruggaf. Marcus 7:32-33

Dat Hij acoliet was, heeft Hij verklaart met deze woorden: ‘Wie Mij volgt, wandelt niet in de duisternis.’ Johannes 8:12

De taak van subdiaken vervulde Hij toen Hij omgord met een linnen kleed de voeten van zijn leerlingen waste. Johannes 13:4-5

De rol van diaken vervulde Hij toen Hij zijn lichaam en bloed uitdeelde bij het avondmaal. Mattheüs 26:26

De taak van priester vervulde Hij toen Hij zichzelf aan het kruis als offer aan de Vader offerde. Mattheüs 27:50; Efeziërs 5:2

Je kunt deze dingen niet aanhoren zonder te lachen. Ik verwonder me er dan ook over dat ze zonder te lachen zijn opgeschreven. Als het tenminste mensen waren die het hebben opgeschreven. Maar bijzonder opmerkelijk is de scherpzinnigheid waarmee ze filosoferen over het woord ‘acoliet’. Ze zeggen dat het ‘kaarsdrager’ betekent, een magisch woord, neem ik aan, dat bij alle volken en in alle talen onbekend is. Terwijl met het woord akolouthos in het Grieks gewoon een lakei bedoeld wordt die zijn heer vergezelt. Trouwens, als ik deze dingen serieus wilde weerleggen, zou het terecht zijn als ik zelf ook uitgelachen werd. Zo onzinnig en bespottelijk zijn ze.

Bestellen?

Reageren

Schrijf hier je reactie.
Vul hier alsjeblieft je naam in