4.18.17 – Dankoffers en het avondmaal

0
372

En waarom zou ik hier nog over doorgaan? Want deze manier van spreken komt meerdere keren in de Schrift voor. Ja, zelfs toen Gods volk nog onder de uiterlijke discipline van de wet gehouden werd, gaven de profeten toch duidelijk genoeg aan dat in die vleselijke offers de werkelijkheid aanwezig was die de christelijke kerk met het Joodse volk deelt.

Daarom bad David of zijn gebed als een reukoffer mocht opstijgen tot voor Gods ogen. Psalm 141:2 En Hosea noemde dankzeggingen kalveren van de lippen, Hosea 14:3 terwijl David die ergens anders lofoffers noemt. Psalm 50:23 En de apostel imiteert hem en noemt ze ook lofoffers en legt uit dat dat de vrucht is van lippen die zijn naam belijden. Hebreeën 13:15

Het avondmaal van de Heer kan niet zonder offers uit deze categorie. Want als we daarin zijn dood verkondigen en Hem danken, doen we niets anders dan een lofoffer brengen. Vanwege deze offertaak worden wij – alle christenen – een koninklijk priesterschap genoemd. 1 Petrus 2:9 Want via Christus brengen wij God het offer waarover de apostel het heeft: een lofoffer, de vrucht van lippen die zijn naam belijden. Wij komen God met onze gaven immers niet zonder middelaar onder ogen. We hebben Christus als middelaar en via Hem offeren wij onszelf en wat we hebben aan de Vader. Hij is onze hogepriester, die het heiligdom van de hemel is binnengegaan Hebreeën 9:24 en voor ons de toegang opent. Hebreeën 10:20 Hij is het altaar waarop wij onze gaven leggen zodat we alles wat we maar aandurven, aandurven in Hem. Hebreeën 13:10 Hij is het, zeg ik, die ons voor de Vader heeft aangesteld als koningen en priesters. Openbaring 1:6

Bestellen?

Reageren

Schrijf hier je reactie.
Vul hier alsjeblieft je naam in