Maar ik moet nu speciaal de sacramenten bespreken waarvan de Heer wilde dat die in de kerk in gebruik zouden zijn om degenen die Hem eren en dienen te voeden in één geloof en in het belijden van dat ene geloof. Want, om de woorden van Augustinus te gebruiken, mensen kunnen in geen enkele godsdienst – of het nu een ware of een valse godsdienst is – verenigd worden, als ze niet aan elkaar verbonden worden door samen op een of andere manier deel te hebben aan zichtbare tekenen of sacramenten.1

Omdat de heel goede Vader van tevoren zag dat dit nodig was, heeft Hij vanaf het begin bepaalde trainingen in vroomheid ingesteld voor wie Hem dienen. Maar Satan heeft die later veranderd in goddeloze en bijgelovige rituelen en ze op allerlei manieren misvormd en bedorven. Vandaar de inwijdingsrituelen van de heidenen in hun heilige handelingen en al die andere verbasterde rituelen. Ook al waren ze vol dwaling en bijgeloof, toch gaven ze tegelijk een aanwijzing dat mensen zulke tekenen niet kunnen missen bij het belijden van een godsdienst. Maar ze waren niet gebaseerd op Gods Woord en wezen niet terug naar de waarheid die in alle tekenen zichtbaar moet worden. Daarom zijn ze het niet waard dat we ze in herinnering brengen als we het hebben over de heilige symbolen die God heeft ingesteld en die niet zijn afgeweken van hun basisdoel als hulpmiddelen voor echte vroomheid.
Deze sacramenten bestaan niet uit eenvoudige tekenen, zoals de regenboog en de boom waren, maar uit rituelen. Ik heb hierboven gezegd dat het getuigenissen zijn van de kant van de Heer van genade en redding. Maar tegelijk zijn het van onze kant ook bewijzen van een openlijke verklaring van ons waarmee we God in zijn naam openlijk trouw zweren.
Terecht noemt Chrystostomos deze sacramenten dus ergens ‘contracten’. Daarin verbindt God zich met ons en worden wij verplicht om rein en heilig te leven. Want de Heer belooft daarin dat Hij alle schuld en straf zal doorstrepen en uitwissen en dat Hij ons met zich verzoent in zijn eniggeboren Zoon. En zo verbinden wij ons van onze kant door onze openlijke verklaring dat we vroom en onschuldig zullen proberen te leven. Je kunt dus terecht wel zeggen dat de sacramenten rituelen zijn waarmee God zijn volk wil trainen om in de eerste plaats innerlijk het geloof te voeden, aan te sporen en te versterken en in de tweede plaats zijn godsdienst voor de mensen te belijden.
1Augustinus, Contra Faustum Manichaeum IX, 11.