4.11.5 – Door het Woord, zonder geweld

0
174

Maar het is ook goed om aan de andere kant te zien hoe in het verleden de rechtspraak op de juiste manier gebruikt werd en hoeveel misbruik er ingeslopen is. Dan weten we wat we moeten afschaffen en wat we vanuit het verleden moeten herstellen, als we het rijk van de antichrist omver willen halen en het echte koninkrijk van Christus weer willen oprichten.

In de eerste plaats is dit het doel van kerkelijke rechtspraak: ergernis voorkomen en, als er toch ergernis ontstaan is, die wegnemen. Bij het gebruik moeten we op twee dingen letten. In de eerste plaats moet deze geestelijke macht volledig gescheiden worden van de zwaardmacht. En in de tweede plaats moet deze macht niet bediend worden volgens het goeddunken van één mens, maar door een wettige vergadering. Aan deze beide dingen hield de kerk zich toen zij nog zuiver was. 1 Korinthiërs 5:4-5

De heilige bisschoppen oefenden hun macht immers niet uit via boetes of gevangenissen of andere burgerlijke straffen. Nee, ze gebruikten alleen het Woord van de Heer, zoals het hoort. Want de strengste straf van de kerk en als het ware de laatste bliksem is de ban. Die wordt alleen gebruikt als het niet anders kan. En daar is geen kracht of geweld voor nodig. De kracht van Gods Woord is daarvoor genoeg.

Kortom, in de oude kerk was de rechtspraak niets anders dan een praktische verklaring, zeg maar, van wat Paulus leert over de geestelijke macht van de herders. Hij zegt: ‘Ons is de macht gegeven om vestingen omver te halen en elke wal neer te halen die tegen het kennen van God wordt opgeworpen, om elke gedachte tot gehoorzaamheid te brengen aan Christus. En wij hebben straf klaarliggen voor alle ongehoorzaamheid.’ 2 Korinthiërs 10:4-6 Dat gebeurt door middel van de prediking van Christus’ leer. En om te voorkomen dat die leer bespot wordt, moeten degenen die belijden dat ze gezinsleden van het geloof zijn, op dezelfde manier beoordeeld worden volgens deze zelfde leer.

En dat kan alleen gebeuren als met de bediening van het Woord ook het recht verbonden is om degenen ter verantwoording te roepen die apart vermaand of strenger bestraft moeten worden. En ook het recht om van de avondmaalsgemeenschap af te houden wie niet toegelaten kunnen worden zonder dat dat grote mysterie ontheiligd wordt. Daarom onderwerpt de apostel de kinderen van de kerk aan bestraffingen als tucht voor hun zonden, terwijl hij ergens anders zegt dat het niet aan ons is om te oordelen over wie buiten staan. 1 Korinthiërs 5:12 Impliciet zegt hij daarmee dus dat er in die tijd oordelen van kracht waren waar van de gelovigen niemand van vrijgesteld was.

Bestellen?

Reageren

Schrijf hier je reactie.
Vul hier alsjeblieft je naam in