Dit heb ik willen zeggen om te voorkomen dat vrome mensen wanhopig worden en meteen de moed opgeven, zonder te proberen geduldig te zijn, omdat ze hun natuurlijke verdrietige emoties niet van zich af kunnen zetten. Dat gebeurt onvermijdelijk met degenen die van geduld ongevoeligheid maken en van een standvastig man een blok hout. Want de Schrift prijst heiligen om hun geduld als ze door zware rampen geteisterd worden, maar niet worden gebroken en niet bezwijken. Als ze door pijn verwond worden, maar tegelijk overgoten worden met een geestelijke blijdschap. Als de angst zwaar op hen drukt, maar Gods troost hen opbeurt en ze toch opgelucht adem halen.
Ondertussen vindt er in hun hart een tweestrijd plaats. Van nature ontvluchten ze de dingen waarvan ze voelen dat die hun dwars zitten en ze zijn er bang voor. Maar aan de andere kant proberen ze midden in deze moeilijkheden toch ook vroom Gods wil te gehoorzamen.
Aan deze tweestrijd heeft de Heer uitdrukking gegeven toen Hij tegen Petrus zei: ‘Toen je jong was, omgordde je jezelf en je liep waar je maar heen wilde. Maar als je oud geworden bent, zal een ander je omgorden en brengen waar je niet heen wilt.’ Johannes 21:18 Het is natuurlijk niet waarschijnlijk dat Petrus, toen hij met zijn dood Gods glorie moest moest laten schitteren, onwillig en tegenspartelend meegesleurd is. Want dan zou hij met zijn martelaarschap weinig lof verdiend hebben. Maar ook al gehoorzaamde hij nog zo enthousiast wat God bepaald had, hij was nog steeds mens. En dus werd hij door een tweevoudige wil verscheurd. Want toen hij bij zichzelf nadacht over de wrede dood die hij zou ondergaan, zou hij er graag voor gevlucht zijn, omdat zoiets gruwelijks hem angst aanjoeg. Maar aan de andere kant bedacht hij dat hij op Gods bevel geroepen werd om zo te sterven. En toen overwon en vertrapte hij de angst en onderging hij deze dood graag, ja zelfs opgewekt.
Als we Christus’ leerlingen willen zijn, moeten we dus proberen ons hart te laten vullen met zo’n grote eerbied voor en gehoorzaamheid aan God dat alle verlangens die daarmee in strijd zijn erdoor in bedwang worden gehouden en onderworpen worden aan wat God bepaalt. Dan zullen we zelfs in de diepste benauwdheid standvastig en geduldig blijven, door wat voor soort kruis we ook gekweld worden.
Tegenslagen zelf zullen altijd pijn doen en ons kwellen. Als we getroffen worden door ziekte, zuchten we, worden we ongerust en verlangen we ernaar gezond te zijn. Onder de last van armoede, raken we gewond door de prikkels van onrust en verdriet. Pijnlijke beledigingen, verachting en onrecht raken ons. Als onze familieleden sterven, betalen we de tranen die we onze aard verschuldigd zijn. Maar uiteindelijk loopt het altijd hierop uit: de Heer heeft het zo gewild, dus moeten we zijn wil volgen. Ja, zelfs midden in pijnlijk verdriet, zuchten en tranen, moet deze gedachte opkomen. Dan wordt onze stemming zo gebogen dat we opgewekt juist dat kunnen dragen waardoor we zulke emoties ervaren.