Op deze plek moet ik me richten tot degenen die van Christus alleen maar de naam en het merkteken hebben, maar toch christenen genoemd willen worden. Wat brutaal eigenlijk van hen om te pochen op zijn heilige naam! Want je deelt alleen in Christus als je Hem echt uit het Woord van het evangelie hebt leren kennen. En de apostel Paulus ontkent dat je Christus echt hebt leren kennen als je niet geleerd hebt dat je de oude mens – bedorven door verkeerde begeerten – moet uittrekken en de nieuwe mens moet aantrekken. Efeziërs 4:22-24
Deze mensen verraden dus dat ze vals en onterecht doen alsof ze Christus kennen, al kunnen ze ondertussen nog zo vloeiend en welsprekend over het evangelie praten. Want het is geen leer voor de tong, maar voor het leven. Je begrijpt het niet alleen met je verstand en je geheugen, zoals de andere wetenschappen. Je krijgt het pas als het heel je ziel in bezit neemt en wanneer het diep in je hart huist. Ze moeten dus ophouden God te beledigen door zich te laten voorstaan op wat ze niet zijn en zich voor te doen als leerlingen die hun meester Christus onwaardig zijn.
De leer die onze godsdienst bevat, heb ik voorop gezet, omdat ons behoud daar begint. Maar die leer moet overgebracht worden in ons hart en uitkomen in onze levenswandel. De leer moet ons in zichzelf veranderen. Anders hebben we er niets aan.
De filosofen worden boos op degenen die wel openlijk verkondigen dat ze een discipline onderwijzen die een meesteres moet zijn voor het leven, maar die die discipline laten verworden tot een spitsvondig geklets. Zulke mensen worden door de filosofen uit hun midden gebannen. Als dat terecht is, hoeveel meer reden hebben wij dan om een afschuw te hebben van die zwetsende sofisten die de mond vol hebben van het evangelie en daarmee tevreden zijn. Het effect van het evangelie – veel sterker dan de kille aansporingen van de filosofen – had moeten doordringen tot in de diepste neigingen van hun hart. Het had moeten huizen in hun ziel en hen volledig moeten beheersen!