3.4.16 – Het is onmogelijk om al je zonden op te noemen

0
267

Ik zal nu op elk van deze punten met een paar woorden reageren. Op dit moment zwijg ik er maar over of ze eigenlijk wel het recht hebben om de zielen van de gelovigen door hun wetten vast te binden. Daar zullen we naar kijken als we daaraan toe zijn. Maar dat ze een wet opleggen die je verplicht om al je zonden op te noemen, dat ze zeggen dat je zonde alleen vergeven wordt op voorwaarde dat je vast van plan bent om te biechten, dat ze kletsen dat je geen toegang krijgt tot het paradijs als je geen gebruik maakt van je gelegenheid om te biechten – dat is absoluut onacceptabel!

Moeten we al onze zonden opnoemen? Maar David had volgens mij goed nagedacht over hoe je je zonden moet belijden. Toch riep hij uit: ‘Wie kan zijn afdwalingen beseffen? Reinig mij, Heer, van mijn verborgen afdwalingen!’ Psalm 19:13 En ergens anders: ‘Mijn zonden groeien mij boven het hoofd en als een zware last zijn ze te zwaar geworden voor mijn krachten.’ Psalm 38:5 Natuurlijk begreep hij hoe diep de afgrond van onze zonden was, hoeveel gedaanten onze misdaden aannemen, hoeveel koppen deze slang had en wat voor lange staart hij achter zich aansleepte. Hij waagde zich er dus niet aan om een lijst op te stellen, maar uit de diepte van zijn ellende riep hij tot de Heer: ‘Ik ben bedolven, begraven en verstikt. De poorten van de hel omringen mij. Psalm 18:6 Ik ben in een diepe put gezonken. Laat uw hand mij er uittrekken, want ik verga en sterf.’ Psalm 69:2-3; 69:15-16

Wie denkt er nu nog over om zijn zonden op te sommen? Je ziet toch dat zelfs David die van hem niet kan tellen?

Bestellen?

Reageren

Schrijf hier je reactie.
Vul hier alsjeblieft je naam in