3.24.16 – Volgens Paulus wil God dat iedereen gered wordt

2
1376

In de tweede plaats halen mijn tegenstanders de passage aan waar Paulus leert dat God wil dat iedereen gered wordt. 1 Timotheüs 2:3-4 Die passage is weliswaar anders dan de vorige die ik noemde. Maar toch is er een overeenkomst.

Mijn antwoord is dat in de eerste plaats uit de context blijkt hoe God wil dat iedereen gered wordt. Want Paulus verbindt deze twee dingen: God wil dat ze gered worden en Hij wil dat ze de waarheid leren kennen. Als mijn tegenstanders willen beweren dat in Gods eeuwig plan vast besloten is dat ze de leer van het behoud ontvangen, wat betekent dan deze uitspraak van Mozes: ‘Welk volk is zo aanzienlijk dat God er zo dichtbij komt als bij jullie?’ Deuteronomium 4:7 Hoe komt het dat God veel volken het licht van het evangelie ontnomen heeft, terwijl andere er wel van genieten? Hoe komt het dat sommige volken nooit de zuivere kennis van de leer van het behoud gekregen hebben, terwijl andere er nauwelijks enkele duistere basisbeginselen van geproefd hebben?

Hier kun je nu gemakkelijk uit opmaken waar Paulus heen wil. Hij had Timotheüs opdracht gegeven in de gemeente in het openbaar te bidden voor koningen en overheidspersonen. 1 Timotheüs 2:1-2 Maar het leek een beetje absurd om voor God gebeden uit te storten voor mensen voor wie bijna geen hoop meer bestond. Ze hoorden immers niet alleen niet bij het lichaam van Christus. Ze deden zelfs hun uiterste best om Christus’ rijk te onderdrukken. Daarom voegt Paulus er meteen aan toe dat het God plezier doet als alle mensen gered worden. Daarmee geeft hij natuurlijk niets anders aan dan dat God de weg naar het behoud voor geen enkele categorie mensen heeft afgesloten. Hij heeft zijn barmhartigheid juist zo uitgegoten dat Hij niet wil dat een bepaalde categorie er geen deel aan zou hebben.

De andere uitspraken verklaren niet wat de Heer in zijn verborgen oordeel over iedereen besloten heeft. Nee, ze verkondigen dat er vergeving klaarligt voor alle zondaren, als ze zich maar bekeren en vergeving zoeken. Misschien willen mijn tegenstanders er koppig de nadruk op leggen dat er gezegd wordt dat God zich over iedereen wil ontfermen. Romeinen 11:32 Maar dan breng ik daartegen in dat ergens anders geschreven staat dat onze God in de hemel is en daar alles doet wat Hem behaagt. Psalm 115:3 Deze uitspraak moet je dus zo uitleggen dat het klopt met de andere uitspraak: ‘Ik zal genadig zijn voor wie Ik genadig zal zijn en Ik zal Mij ontfermen over wie Ik Mij zal ontfermen.’ Exodus 33:19 Als God mensen uitkiest aan wie Hij barmhartigheid wil bewijzen, dan deelt Hij die barmhartigheid niet uit aan iedereen. Maar het blijkt duidelijk dat Paulus het hier niet heeft over ieder mens afzonderlijk, maar over categorieën van mensen. Daarom hoef ik hier verder geen lange uitleg te geven. Als we er maar op letten dat Paulus niet zegt wat God altijd en overal en in iedereen doet. Hij zegt alleen dat het Hem vrij staat om koningen en overheidspersonen uiteindelijk te laten delen in de hemelse leer, zelfs al gaan ze daar in hun blindheid tegen te keer.

Mijn tegenstanders lijken mij meer in het nauw te drijven door mij de volgende passage van Petrus voor de voeten te werpen. Daar staat dat God niet wil dat er iemand verloren gaat, maar dat Hij iedereen wil aannemen om te bekeren. 2 Petrus 3:9 Maar de oplossing van dit probleem komen we meteen tegen in het tweede deel van de zin. Want met de wil om aan te nemen om te bekeren kan niets anders bedoeld worden dan de wil die overal in de Schrift geleerd wordt. Natuurlijk ligt bekering in Gods hand. Je kunt Hem vragen of Hij iedereen wil bekeren. Hij belooft dat Hij aan een enkeling een hart van vlees zal geven, terwijl Hij anderen hun hart van steen laat houden. Ezechiël 36:26

Natuurlijk is het waar dat God bereid is iedereen aan te nemen die een beroep doet op zijn barmhartigheid. Anders zou deze uitspraak misplaatst zijn: ‘Kom terug bij Mij en Ik zal naar jullie terugkeren.’ Zacharia 1:3 Maar ik zeg dat niemand bij God komt als God niet eerst naar Hem toe gaat. En als bekering afhing van een menselijke keuze, zou Paulus niet zeggen: ‘Misschien geeft God hun ooit berouw.’ 2 Timotheüs 2:25 Sterker nog, als dezelfde God die door zijn Woord iedereen oproept tot bekering, de uitverkorenen niet door de verborgen werking van de Geest tot bekering bracht, zou Jeremia niet zeggen: ‘Bekeer mij, Heer, dan zal ik bekeerd zijn. Want toen U Mij bekeerde, had ik berouw.’ Jeremia 31:18-19

Bestellen?

2 Reacties

  1. Gerrit, ik wil geen tegenstander van je zijn. Ik wil je broeder zijn. Probeer mij ook niet te zien als een tegenstander, maar als een broeder die onze Vader heeft leren kennen, waarschijnlijk op een andere manier dan jij onze Vader heb leren kennen. Alle teksten die jij heb aangehaald en waarover jij een verklaring heb zijn verklaringen die niet passen bij zoals ik onze Vader heb leren kennen.
    Jij probeerd de uitverkiezing te bewijzen, jij probeerd de willekeur aan onze Vader te koppelen. Gerrit, het doet me veel verdriet dat mijn geliefde broeder zo fout over onze Vader denkt. Zeg nu zelf, je kan toch niet over een liefhebbende Vader spreken als hij onze mede mensen door Zijn schuld laat omkomen, vernietigen op gruwelijke wijze? Daar moet toch een fout in het denkraam zitten, een verkeerde interpretatie,? Wat God, onze Vader wil zeggen is dat Hij gebonden is aan zijn eigen wetten. Hij heeft de mens de vrijheid gegeven en het was, is goed. Hij kan nu toch niet, nu Hij ziet dat de mensen hun vrije wil gebruiken, zeggen; ik neem hun de vrije wil weer af en ik dresseer ze zoals wij een hond zouden dresseren om ze maar te laten luisteren? Als God zegt, of degene die Zijn woorden opschrijft en formuleert, ik maak hen doof voor mijn woorden en blind voor mijn daden, dan is dat een beeldspraak, die door de hele Bijbel aanwezig is. Hij wil hier mee aanduiden, dat die mens die Hem verwerpt, zijn woorden niet meer kan horen en de daden Gods niet meer kan zien. Maar God blijft roepen en soms kan Hij doorbreken, zoals bij Paulus, door een shock effect te weeg brengen of door mij een Engel te zenden, waardoor mijn leven totaal in positieve zin op z’n kop kwam te staan.
    Paulus was heel sterk en hield zielsveel van God. Ik was zwak, onzeker en stond op het punt mij aan de wereld te ontrekken. Toen God mij dan ook een sterke hand aanbood, heb ik Hem met beide handen aangepakt. Maar niet iedereen is als Paulus, niet iedereen is zo zwak als ik. Maar God, onze Vader weet heel veel mensen toch te bereiken. Maar niet hen die zich bewust willens en weten God haten omdat er predikers zijn die zeggen dat Hij zijn eigen Zoon aan het kruis heeft genageld. Geen normaal mens kan zo’n Vader liefhebben. Alleen hen die strak in de leer staan.
    Er wordt zoveel leugens over onze Vader verspreid, dat doet mij pijn.
    De Geest van de Vader heeft mij laten zien waarom Jezus gestuurd was, om ons te redden. Door wie Hij aangeklaagd is geworden, door satan en zijn eigen volk. Door wie Hij vermoord is en wie Hem in het dodenrijk heeft ontvangen, door satan via de Romeinen. Wie Hem niet heeft kunnen tegenhouden, zodat Hij het dodenrijk achter zich kon laten, satan en zijn trawanten.
    Dat Jezus riep; Vader waarom heeft U mij verlaten, was omdat Jezus als mens zijn zware taak voor zich zag. Maar Hij wist dat zijn Vader Hem nooit helemaal zou verlaten en Hem uit de dood heeft laten opstaan.
    Wat al die volkeren betreft die God nog niet kennen, vebeeld je maar niets broer, iedereen krijgt een eerlijke kans, al is het misschien niet allemaal bij leven, want zelfs zij die vroegtijdig sterven, zullen onze Vader en Jezus leren kennen, zodat ze de reddingsboei alsnog kunnen aangrijpen, of als ze zien dat er al iemand van een andere kerk of zelfs ongedoopte kerkloze al in de boot zit, denken daar wil ik niet bijzitten, dan de reddingsboei niet vastpakken. Helaas dan vrees ik dat de reddingsboot zonder diegene zal vertrekken.
    Broer Gerrit, het zijn geen dode letters die in de Bijbel staan, Gods Geest is in Zijn Woord vertegenwoordigt, Hij wil ons opening van zaken geven, persoonlijk aan jou en mij en aan een ieder. Maar sta er wel voor open en laat je niet te veel door andere een leer aanpraten. Weet je waarom ik niet 2 keer op zondag naar de kerk ga, terwijl ik er erg naar verlang? Omdat ik niet geïndoctrineerd wil worden, omdat ik bang ben om meer naar een 500 jaar oude keer te luisteren dan naar de H. Geest, die mij zoveel heerlijke dingen laat zien en mijn denken van dag tot dag vernieuwd. Hij heeft mij de Liefde van de Vader getoond, broer Gerrit, ik gun jou en en ieder het zelfde.
    Er zou maar 1 leer gepredikt moeten worden in het GKV en elders en dat is de Leer van de Bijbel, gedoceerd door de H. Geest.

    • Even voor de goede orde, Cor: het stuk waar jij nu op reageert, is niet door mij geschreven. Het is een vertaling van een paragraaf uit de Institutie van Calvijn.
      Voor je daar kritisch op reageert, is het misschien goed om deze paragraaf in zijn verband te lezen. Ik krijg in elk geval de indruk dat je dat nog niet gedaan hebt.
      Misschien zou het goed zijn als je op zijn minst eens alle hoofdstukken over de uitverkiezing zou lezen (3.21-3.24, hier beginnen: http://www.gerritveldman.nl/3-21-1-de-leer-van-de-uitverkiezing-is-nodig-en-nuttig/).
      En misschien ook de hoofdstukken over de (on)vrije wil (2.1-2.5, hier beginnen: http://www.gerritveldman.nl/2-1-1-zelfkennis-moet-ons-nederig-maken/). Dan zie je bijvoorbeeld dat Calvijn niet leert dat God de vrije wil van de mens heeft afgepakt, maar dat de mens die vrije wil zelf is kwijtgeraakt door zich in slavernij uit te leveren aan de zonde.
      En zo zijn er meer dingen die jij de leer van Calvijn verwijt, terwijl Calvijn die helemaal niet zo leert. Kortom, je bestrijdt een karikatuur. Dus alsjeblieft, verdiep je in Calvijn, corrigeer de karikatuur, denk goed na over de Bijbelteksten die Calvijn als bewijs aanvoert en kom dan eventueel met kritiek.

Reageren

Schrijf hier je reactie.
Vul hier alsjeblieft je naam in