Hier moeten we terugdenken aan de verhouding tussen geloof en evangelie, die we eerder vastgesteld hebben. Want ik heb gezegd dat geloof rechtvaardigt omdat geloof de rechtvaardigheid aanneemt en omhelst die in het evangelie wordt aangeboden. En als ik zeg dat die rechtvaardigheid wordt aangeboden in het evangelie, dan sluit dat elk meewegen van onze daden uit. Paulus laat dit in verschillende passages zien, maar vooral in twee passages.

In de eerste plaats maakt hij in de brief aan de Romeinen een tegenstelling tussen wet en evangelie. Hij zegt dan: ‘Rechtvaardigheid op basis van de wet zegt: de mens die deze dingen doet zal daardoor leven. Maar rechtvaardigheid op basis van geloof verkondigt de redding als je in je hart gelooft en met je mond belijdt dat Jezus Heer is en dat de Vader hem uit de doden heeft opgewekt.’ Romeinen 10:5-9
Zie je welk onderscheid hij maakt tussen wet en evangelie? De wet kent rechtvaardigheid toe aan onze daden, maar het evangelie geeft gratis rechtvaardigheid, zonder hulp van onze daden. Een belangrijke passage! Die kan ons uit veel moeilijkheden redden als we begrijpen dat de rechtvaardigheid die het evangelie ons schenkt vrij is van de voorwaarden van de wet.
Dit is de reden waarom Paulus de belofte meer dan eens zo diametraal tegenover de wet lijkt te zetten. ‘Als de erfenis van de wet afhangt, dan hangt zij niet meer af van de belofte.’ Galaten 3:18 En in hetzelfde hoofdstuk staat meer in dezelfde zin. Natuurlijk heeft de wet ook zelf beloften. Dus moet er een verschil zijn tussen de beloften van de wet en de beloften van het evangelie, of we zouden moeten willen beweren dat de tegenstelling niet klopt. En wat zou dat verschil anders zijn dan dit: de beloften van het evangelie zijn gratis en zijn alleen gebaseerd op Gods barmhartigheid, terwijl de beloften van de wet afhankelijk zijn van de voorwaarde van onze daden.
En niemand moet hiertegen inbrengen dat alleen de rechtvaardigheid afgekeurd wordt die mensen uit eigen kracht en uit eigen vrije wil aan God willen opdringen. Want Paulus leert, zonder uitzondering, dat de geboden van de wet geen enkel voordeel opleveren. Romeinen 8:3 Want er is niemand die de wet vervult. Niemand van de gewone mensen, maar ook niemand van de meest volmaakte mensen. Natuurlijk draait het in de wet om liefde, want volgens die liefde vormt Gods Geest ons. Maar waarom is die liefde dan geen reden voor rechtvaardigheid? Dat kan alleen maar zijn omdat die liefde ook in de heiligen onvolmaakt is en daarom op zichzelf geen beloning verdient.