2.5.12 – Als Mozes zegt dat we de wet kunnen doen, doelt Hij op Gods genade

0
248

Echter, mijn tegenstanders citeren uit de wet van Mozes een passage die erg in strijd lijkt te zijn met mijn uitleg. Want nadat Mozes de wet afgekondigd heeft, verklaart hij: ‘Dit gebod dat ik jullie vandaag geef, is niet verborgen en niet ver weg. Het is ook niet in de hemel, maar heel dicht bij jullie. Het is in jullie mond en in jullie hart. Jullie kunnen het doen.’ Deuteronomium 30:11-14

Als je dit zo opvat dat het alleen over de geboden gaat, dan erken ik dat dit inderdaad heel belangrijk is voor het onderwerp dat we nu behandelen. Ik zou me er dan weliswaar gemakkelijk vanaf kunnen maken door te zeggen dat het hier niet gaat over de vraag of we ons aan de geboden kunnen of willen houden, maar om de vraag of we ze kunnen of willen begrijpen. Maar ook dan zouden Mozes’ woorden ons nog steeds voor problemen stellen. Maar de apostel Paulus neemt elke twijfel weg. Hij verzekert dat Mozes het hier heeft over de leer van het evangelie. Romeinen 10:8 En Paulus is geen onbetrouwbare uitlegger!

Misschien is er iemand zo koppig om te beweren dat Paulus deze woorden verdraait om ze op het evangelie te kunnen laten slaan. Dat zou heel brutaal zijn en zelfs goddeloos. Maar ik kan dat weerleggen buiten het gezag van de apostel om. Want als Mozes het alleen over de geboden zou hebben, zou hij het volk met een totaal ongefundeerd zelfvertrouwen verwaand maken. Als ze zich in eigen kracht aan de wet zouden willen houden, alsof dat niet te moeilijk voor hen was, dan zouden ze zich toch alleen maar in het ongeluk gestort hebben? Hoe zouden ze zich immers zo gemakkelijk aan de wet kunnen houden? We zien dat onze aard ons in de steek laat. Er is niemand die niet in een dodelijke afgrond valt als hij deze weg probeert te gaan.

Daarom staat wel vast dat Mozes met deze woorden doelde op het verbond van barmhartigheid. Dat verbond had hij tegelijk met de eis van de wet afgekondigd. Want enkele verzen eerder had hij ook geleerd dat ons hart door de hand van God besneden moet worden, Deuteronomium 30:8 zodat wij Hem gaan liefhebben. Dat Mozes zegt dat het niet moeilijk voor ons is, baseert hij dus niet op het vermogen van de mens, maar op de hulp en de steun van de Heilige Geest. Die voert in onze zwakheid met kracht zijn werk uit.

Trouwens, we moeten deze passage ook niet zo opvatten alsof het hier alleen maar over de geboden gaat. Het gaat hier juist over de beloften van het evangelie. Die bevestigen absoluut niet dat wij in staat zijn zelf rechtvaardigheid te verkrijgen. Dat idee werpen ze juist volledig omver. En Paulus beaamt dat als hij getuigt dat het evangelie ons niet wordt aangeboden met die zware, moeilijke en onmogelijke voorwaarde dat we alleen gered worden als we ons aan alle geboden gehouden hebben. Het evangelie wordt ons aangeboden met een voorwaarde die ons een open toegang geeft.

Dit Schriftbewijs heeft dus geen enkele waarde om de vrijheid van de menselijke wil te verdedigen.

Bestellen?

Reageren

Schrijf hier je reactie.
Vul hier alsjeblieft je naam in