10.4 – God schept en onderhoudt alles door zijn Woord en Geest

0
124

Van meer betekenis is de leer van het Oude Testament dat God in schepping en onderhouding alle dingen tot stand brengt door zijn Woord en Geest. Hij is geen mens, die met grote moeite en inspanning uit een beschikbare materie iets anders vormt. Nee, Hij brengt, enkel en alleen door te spreken, alle dingen uit het niets tevoorschijn.

In het eerste hoofdstuk van Genesis wordt ons dat op de meest verheven manier geschilderd en elders wordt het niet minder heerlijk uitgesproken en bezongen: God spreekt en het is er, Hij gebiedt en het staat er. Ps. 33:9 Hij zendt zijn woord en doet de ijsstukken smelten. Ps. 147:18 Zijn stem is op de wateren, laat de woestijn beven, laat de bergen huppelen als een kalf en ontschorst de wouden. Ps. 29:3-10

In deze verheven beschrijving van Gods werken liggen twee dingen opgesloten: in de eerste plaats dat God de Almachtige is, dat God enkel en alleen door te spreken alle dingen tot bestaan roept, dat zijn woord een gebod is, Ps. 33:9 dat zijn stem vol kracht is. Ps. 29:4 Maar dan in de tweede plaats ook dat God al zijn werken niet onbewust en zonder gedachte volbrengt, maar met de hoogste wijsheid. Het woord dat God spreekt, is vol kracht, maar het is ook drager van gedachte. Hij heeft de aarde gemaakt door zijn kracht, de wereld gegrondvest door zijn wijsheid, de hemel gespannen door zijn verstand. Jer. 10:12, 51:15 Al zijn werken zijn met wijsheid gemaakt, de aarde is vol van zijn rijkdommen. Ps. 104:24 En die wijsheid heeft God niet van buitenaf gekregen. Nee, die was van eeuwigheid bij Hem, Hij bezat die als het begin van zijn weg, vóór zijn werken. En toen Hij de hemelen gereedmaakte, een cirkel trok over het oppervlak van de watervloed, de wolken daarboven sterk maakte, de fonteinen van de watervloed versterkte, voor de zee haar plaats bepaalde en de fundamenten van de aarde bepaalde, toen was de wijsheid er al. Die was een lievelingskind bij Hem, dat elke dag zijn bron van blijdschap was en altijd speelde voor zijn aangezicht. Spr. 8:22-31, Job 28:20-28 God verlustigde zich in de wijsheid waardoor Hij de wereld schiep.

Naast het woord en de wijsheid treedt nu verder de Geest van God op als middelaar van de schepping. Zoals God de Wijsheid is en die tegelijkertijd ook heeft, zodat Hij die kan meedelen en in zijn werken ten toon kan spreiden, zo is Hij zelf in zijn wezen Geest Deut. 4:12, 4:15 en heeft Hij Geest, waardoor Hij in de wereld kan wonen en overal in haar aanwezig kan zijn. Ps. 139:7 Zonder dat iemand zijn raadsman is geweest, heeft de Heer alles door zijn eigen Geest voortgebracht. Jes. 40:13 e.v. Die Geest zweefde bij het begin over de wateren Gen. 1:2 en blijft in al het geschapene actief. Door die Geest versiert God de hemelen, Job 26:13 vernieuwt Hij het gelaat van de aarde, Ps. 104:30 maakt Hij de mens levend, Job 33:4 onderhoudt Hij de adem in zijn neusgaten, Job 27:3 geeft Hij hem verstand en wijsheid Job 32:8 en laat Hij ook het gras verdorren en de bloem afvallen. Jes. 40:7 Kortom: door het Woord van de Heer zijn de hemelen gemaakt en door de Geest van zijn mond heel hun leger. Ps. 33:6

Bestellen?

Reageren

Schrijf hier je reactie.
Vul hier alsjeblieft je naam in