Ik weet waarmee sommige blaaskaken dit vanuit hun schuilhoeken willen overschreeuwen. Zij bestrijden Gods waarheid omdat ze willen laten zien hoe slim ze zijn. Daarom vragen ze hoe we zeker kunnen weten dat Mozes en de profeten ook echt zelf de boeken geschreven hebben die op hun naam staan. Ja, zelfs durven ze de vraag te opperen of Mozes wel ooit bestaan heeft. Maar stel dat iemand in twijfel zou trekken of Plato wel ooit bestaan heeft, of Aristoteles, of Cicero. Wie zou dan niet zeggen dat dergelijke onzin met een pak slaag of de zweep bestraft moet worden?
De wet van Mozes is wonderlijk bewaard gebleven. Dat is meer te danken aan de hemelse voorzienigheid dan dat mensen daar hun best voor gedaan hebben. Door de nalatigheid van de priesters is de wet korte tijd begraven geweest. Maar sinds de vrome koning Josia haar teruggevonden heeft, 2 Koningen 22:8-11; 2 Kronieken 34:14-19 hebben mensen eeuwenlang ononderbroken over de wet kunnen beschikken.
Maar ook toen Josia de wet tevoorschijn haalde, was dat niet als iets dat onbekend en nieuw was. De wet was nog steeds algemeen bekend, want de herinnering eraan leefde nog voort. Het oorspronkelijke exemplaar was opgeborgen in de tempel, een kopie in het koninklijk archief. Deuteronomium 17:18-20 Het enige dat er aan de hand was, was dat de priesters ermee opgehouden waren om zelf publiekelijk uit de wet te lezen, zoals bij plechtigheden de gewoonte geweest was. Ook het volk zelf had het lezen van de wet verwaarloosd. Was er trouwens ook haast geen eeuw voorbijgegaan waarin de bepalingen van de wet niet opnieuw bevestigd werden? Of was Mozes soms onbekend voor mensen die David lazen?
Maar van alle schrijvers staat absoluut vast dat hun geschriften tijdens een lange reeks van jaren alleen, bij wijze van spreken, van hand tot hand overgeleverd werden aan de mensen die na hen kwamen. Hun voorvaders hadden deze schrijvers zelf nog horen spreken. Of ze hadden over hen gehoord van anderen die deze schrijvers zelf gehoord hadden en zich dat nog heel goed konden herinneren.