Bijbellezen is niet gemakkelijk.
Dat begint al met het kiezen van een vertaling. Sommige vertalingen lezen gemakkelijker dan andere, maar hoe eenvoudiger een vertaling is, hoe verder die afstaat van wat er letterlijk in de grondtekst staat. Je bent overgeleverd aan de interpretatie van de vertalers. Je begrijpt misschien gemakkelijk wat je leest, maar hoe weet je zeker dat het klopt wat je leest? Maar als je een meer letterlijke vertaling kiest, stuit je weer op het probleem dat het nog niet zomaar duidelijk is wat de woorden die je leest betekenen, laat staan dat je ze gemakkelijk kunt toepassen in je eigen leven.
Om mezelf en anderen hierbij te helpen heb ik een boek geschreven. Vers voor vers ben ik door de originele Griekse tekst gekropen van de brieven van Paulus aan Timotheüs, Titus en Filemon. Daarbij heb ik me steeds drie vragen gesteld. Wat staat er? Wat betekent het? En wat heb ik eraan of wat moet ik er ermee?
Om te beginnen heb ik zelf een vertaling gemaakt, die misschien niet altijd prettig leest, maar wel vrij letterlijk weergeeft wat er in het originele Grieks staat. Ik heb daarbij bewust een aantal keuzes gemaakt die afwijken van wat over het algemeen gebruikelijk is. Niet om origineel te zijn, maar om aspecten van de tekst te laten oplichten die in andere vertalingen vaak minder opvallen.
Ook ben ik niet uitgegaan van de gezaghebbende uitgave van de Griekse tekst van Nestle-Aland, maar van de zogenaamde Byzantijnse tekst. Die laatste wordt ook wel de Meerderheidstekst genoemd, omdat die gebaseerd is op een groep handschriften waarvan de meeste exemplaren zijn overgeleverd. Op een aantal punten wijken die een klein beetje af van de zeldzamere, maar oudere handschriften die tegenwoordig door de meeste Bijbelwetenschappers als het meest betrouwbaar worden geacht en die aan de basis liggen van de uitgave van de Griekse tekst van Nestle-Aland en van moderne Bijbelvertalingen. Aan de andere kant komt de tekst op basis van de Byzantijnse handschriften juist wel grotendeels overeen met de zogenaamde Textus Receptus, die aan de basis ligt van de Statenvertaling en de Herziene Statenvertaling. De afwijkingen tussen de Byzantijnse tekst en die van Nestle-Aland heb ik bij elk vers in kleine letters aangegeven, voorafgegaan door de aanduiding NA.
Regelmatig heb ik in mijn vertaling woorden toegevoegd die niet in de grondtekst staan. Soms was dat nodig om correct Nederlands te krijgen. Andere keren leek het me zinvol om de betekenis duidelijker te maken. Alle toegevoegde woorden zijn in een dunner lettertype gedrukt, zodat het voor de lezer duidelijk is welke woorden zijn toegevoegd.
Vervolgens ben ik bij elk vers een toelichting gaan schrijven, waarin ik sommige vertaalkeuzes verantwoord en uitleg wat de betekenis van de tekst is. Ik heb daarbij geprobeerd de context duidelijk te maken en verbanden te leggen. En ook heb ik op diverse momenten gepoogd een toepassing te maken voor ons leven nu. Daarbij heb ik vooral aandacht gegeven aan actuele thema’s waarover in onze tijd nogal eens verwarring heerst.
Het is mijn overtuiging dat niemand de Bijbel goed kan begrijpen als je die leest als los individu. Bijbellezen moet je doen in gemeenschap met de katholieke kerk van alle tijden en plaatsen. Immers, de kerk is pijler en fundament van de waarheid (1 Timotheüs 3:15). Dit boek vormt weliswaar het verslag van een heel persoonlijke zoektocht naar de betekenis en de toepassing van de Bijbeltekst en geeft mijn persoonlijke opvattingen weer. Maar ik ben niet op zoek geweest naar nieuwe, originele inzichten. Integendeel, ik heb juist geprobeerd in het spoor te blijven van hoe de kerk de Bijbel door de eeuwen heen gelezen heeft. En daarom heb ik me ook willen houden aan de klassieke hermeneutische principes. In het kort: de Bijbel is Gods eigen Woord, met een eenduidige boodschap die door ons te achterhalen is, zolang we de Schrift maar de ruimte laten zichzelf uit te leggen, door tekst met tekst te vergelijken.
Maar zoals ik al zei: dat is niet gemakkelijk. Het lukt alleen als we ons daarbij samen laten leiden door het licht dat Gods Geest ons schenkt. Ik hoop en bid dat dit boek een middel mag zijn dat die Geest wil gebruiken om de boodschap van Gods Woord te verduidelijken en ons geloof te versterken.