1.14.3 – Ook engelen zijn door God geschapen

0
395

Maar voor ik dieper inga op de menselijke natuur, moet ik eerst iets invoegen over de engelen. Omdat Mozes zich aanpast aan het beperkte verstand van de grote massa, vertelt hij in het scheppingsverhaal alleen dat God gemaakt heeft wat wij met onze ogen kunnen zien. Maar later laat hij engelen optreden als dienaren van God. Daaruit kunnen we gemakkelijk opmaken dat ze geschapen zijn door de God aan wie zij zich gehoorzaam wijden in hun dienst.

Omdat Mozes voor het gewone volk spreekt, heeft hij dus niet vanaf het eerste begin de engelen genoemd onder Gods schepselen. Toch verbiedt niets ons om duidelijk uit te leggen wat de Schrift op veel andere plaatsen leert. Want als we God willen leren kennen uit wat Hij gemaakt heeft, mogen we zo’n schitterend en mooi voorbeeld niet overslaan. Bovendien is dit stuk van de leer hard nodig om veel dwalingen te weerleggen. Velen waren zo gegrepen door de bijzondere positie van de engelen dat ze vonden dat het engelen geen recht deed als ze aan het gezag van de enige God onderworpen waren en in rang onder Hem gesteld werden. Vandaar dat ze als goden beschouwd werden.

Ook stond Mani op met zijn sekte. Hij bedacht twee basisprincipes: God en de duivel. Aan God schreef hij de oorsprong toe van alle goede dingen. De duivel beschouwde hij als de bewerker van alles wat naar zijn natuurlijke aanleg slecht is. Als we in deze dwaasheid verstrikt zaten, zou God in de schepping van de wereld niet de eer krijgen die Hem toekomt. Want niets is zo eigen aan God als dat Hij eeuwig is en zijn wezen heeft uit zichzelf. Maar als je dat ook aan de duivel toekent, verhef je hem dan niet in zekere zin tot god? Bovendien, wat blijft er over van Gods almacht als we de duivel zoveel macht toekennen dat hij kan doen wat hij wil, tegen Gods wil in en ondanks dat God zich ertegen verzet?

De manicheeërs bouwen hun leer maar op één fundament: ze vinden het ongepast dat aan de goede God wordt toegeschreven dat Hij iets slechts geschapen heeft. Maar dat raakt het rechtzinnige geloof helemaal niet. Want dat geloof leert niet dat er ergens in de wereld iets is dat naar zijn natuurlijke aanleg slecht is. Want de slechtheid van de mens en van de duivel ligt niet in hun natuurlijke aanleg. Ook de zonden die uit die slechtheid voortkomen, zijn niet het gevolg van hun natuurlijke aanleg. Het probleem is dat de natuurlijke aanleg bedorven is. Want in het begin bestond er niets waarin God niet liet zien hoe wijs en rechtvaardig Hij is.

Om tegen deze verkeerde verzinsels in te gaan, moeten we ons hart dus hoger richten dan tot waar onze ogen kunnen doordringen. Waarschijnlijk is dat de reden dat als in de geloofsbelijdenis van het concilie van Nicea God de schepper van alle dingen wordt genoemd, de onzichtbare dingen uitdrukkelijk genoemd worden. Toch zal ik mijn best doen om maat te houden, zoals de norm van de vroomheid voorschrijft. Ik wil niet dat de lezers van de eenvoud van het geloof worden afgeleid en aan het dwalen raken door speculaties die verder gaan dan nodig is. De Geest onderwijst ons vast en zeker altijd op een manier die goed voor ons is. Maar als het gaat om dingen die weinig waarde hebben om ons op te bouwen, zwijgt de Geest, of Hij stipt die dingen alleen terloops aan. Daarom moeten wij ook liever niet willen weten wat ons niet past om te weten.

Bestellen?

Reageren

Schrijf hier je reactie.
Vul hier alsjeblieft je naam in