4.16.21 – Het teken volgt niet altijd op de inhoud

0
264

Het stigma van absurditeit, dat mijn tegenstanders mij op dit punt proberen aan te smeren, veeg ik als volgt af. Degenen die de Heer het heeft waard gekeurd dat Hij hen heeft uitgekozen en die het teken van de nieuwe geboorte gekregen hebben en daarna uit het tegenwoordige leven verhuizen voordat ze volwassen zijn, die vernieuwt Hij door de voor ons onbegrijpelijke kracht van zijn Geest. Alleen Hij ziet op welke manier dat het beste kan. Maar als ze opgroeien tot een leeftijd waarop hun de betekenis van de doop geleerd kan worden, dan zal het hen extra aansporen om vernieuwing na te streven, als ze leren dat ze het teken daarvan al meteen in hun vroegste kindertijd gekregen hebben. Want daardoor leren ze om ze tijdens heel hun levensloop aan die vernieuwing te denken.

Hier moeten we ook op laten slaan wat Paulus in twee passages leert: we zijn door de doop met Christus begraven. Romeinen 6:4; Kolossenzen 2:12 Want hij bedoelt daarmee niet dat wie gedoopt moet worden, eerst met Christus begraven moet zijn. Nee, hij wijst simpelweg aan wat de doop leert aan degenen die al gedoopt zijn. Dus zelfs dwazen kunnen op basis van deze passage niet beweren dat het begraven voorafgaat aan de doop. Op dezelfde manier herinnerden Mozes en de profeten het volk eraan wat de besnijdenis betekende, Deuteronomium 10:16; Jeremia 4:4 ook al hadden ze dat teken als kleine kinderen gekregen.

Hetzelfde bedoelt Paulus met wat hij aan de Galaten schrijft: toen ze gedoopt werden, hadden ze Christus aangetrokken. Galaten 3:27 Waarom? Nou, om voortaan voor Christus te leven. Want tot dan toe hadden ze dat niet gedaan. Weliswaar moeten ouderen het sacrament eerst begrijpen, voordat ze het teken mogen krijgen. Maar straks zal ik uitleggen dat kleine kinderen anders behandeld moeten worden.

Op dezelfde manier moeten we de passage zien van Petrus, waar mijn tegenstanders veel steun denken te vinden: Petrus zegt dat de doop geen afwassing is waarmee het vuil van het lichaam wordt afgewassen, maar een getuigenis van een goed geweten voor God, door de opstanding van Christus. 1 Petrus 3:21 Mijn tegenstanders beweren op basis hiervan dat van de kinderdoop niets overblijft dan een ijle damp. En wel omdat de kinderdoop ver verwijderd blijft van deze betekenis. Maar ze zondigen steeds weer door het waanidee dat de inhoud qua volgorde in de tijd vooraf moet gaan aan het teken. Immers, ook de betekenis van de besnijdenis lag in hetzelfde getuigenis van een goed geweten. Als dat perse vooraf had moeten gaan, zouden kleine kinderen nooit op Gods bevel besneden zijn. Maar God laat zelf zien dat het getuigenis van een goed geweten bij de inhoud van de besnijdenis hoort. Toch beveelt Hij tegelijk ook om kleine kinderen te besnijden. Hij wijst dus duidelijk genoeg aan dat de besnijdenis wat dat betreft gegeven wordt voor de toekomst. Daarom moeten we in de kinderdoop voor het heden niet meer effect zoeken dan dat die het verbond dat de Heer met hen sluit bevestigt en ratificeert. Wat dat sacrament nog meer betekent, zal later volgen, op het moment dat God zelf voorzien heeft.

Bestellen?

Reageren

Schrijf hier je reactie.
Vul hier alsjeblieft je naam in